Toelatingsprocedure buitenlandse artsen moet efficiënter

Geschreven door:
Webredactie Medisch Contact

19-11-2014

De toelatingsprocedure voor gediplomeerde artsen en medisch specialisten uit landen buiten de Europese Economische Ruimte en Zwitserland moet inzichtelijker en efficiënter worden gemaakt. Dat stelt minister Schippers in een brief aan de Tweede Kamer naar aanleiding van een evaluatieonderzoek naar onnodige barrières in de toelatingsprocedure.

align="">De minister schrijft dat artsen van buiten de EER hun capaciteiten in Nederland ten volle moeten kunnen benutten, maar dat ze geen concessies wil doen aan alle in Nederland geldende eisen.
Buitenlandse artsen die een aanvraag doen voor een Nederlandse BIG-registratie moeten eerst een algemene kennis- en vaardighedentoets (AVK) doen, waarbij de beheersing van de Nederlandse taal, basale kennis van het Engels en kennis van de organisatie, cultuur en ethiek van de Nederlandse gezondheidszorg wordt getoetst. Daarna worden de beroepsinhoudelijke kennis en vaardigheden getoetst. Als daaruit blijkt dat aanvullende scholing nodig is, moet een opleiding aan een umc worden gevolgd om een verklaring van vakbekwaamheid te krijgen.

De procedure voordat er een besluit kan worden genomen of de registratie als basisarts door kan gaan kost gemiddeld 27 maanden, maar een groot deel van de aanvragers haakt onderweg af. Daarna wordt er een procedure doorlopen voor een besluit tot registratie als medisch specialist, wat gemiddeld vijftien maanden duurt. Het besluit op de aanvraag voor een registratie als basisarts zou volgens Schippers ook in zeven maanden afgerond kunnen zijn, als de aanvrager alles goed regelt en slaagt voor de toetsen. Bovendien vindt Schippers dat de aanvraag voor een registratie als basisarts en als medisch specialist gelijktijdig doorlopen moet kunnen worden.

Volgens Schippers hebben veel aanvragers onvoldoende zicht op het proces en hebben ze daardoor verkeerde verwachtingen. Ze vindt dat alle organisaties die bij de procedure betrokken zijn ervoor moeten zorgen dat er duidelijkere informatie wordt gegeven over het stappenplan, het tijdsbeslag en de kosten van de procedure. Deze voorlichting moet worden gegeven op de website van het BIG-register.

De hoogte van de kosten voor de verschillende toetsen en de registratie vindt ze redelijk en ze vindt ook dat die in rekening moeten worden gebracht bij de aanvrager. Wel moeten artsen van buiten de EER die aanvullende opleiding aan een umc nodig hebben een instellingscollegegeld betalen, in tegenstelling tot artsen uit landen binnen de EER en Zwitserland die het wettelijk collegegeld van 1906 euro betalen. Omdat het instellingscollegegeld voor geneeskunde flink kan oplopen, wil Schippers daarover overleggen met de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra.

Simone Paauw

Kamerbrief over evaluatieonderzoek naar toelatingsprocedure buitenlandse artsen

Lees ook:

Geschreven door:
Webredactie Medisch Contact